De uitrusting

Wanneer de valk eenmaal uit het muithuis gehaald is wordt de valk uitgerust met manchetten (schoenen), kortveters, draal, en een langveter (1,20 m)  Waarna de valk op een blok geplaatst wordt. Het hoogrek wordt gebruikt als we bij de valk zijn en er toezicht op hebben.

Het Hoogrek (blijf er bij)

Onder de stok van het hoogrek zit een doek ter bescherming van de valk, als de vogel valt kan die ook weer bovenop klimmen, anders zou deze op zijn kop blijven hangen en dood kunnen gaan. Op onderstaande foto zie je twee valken op een hoogrek zitten.

De eerste fase voor het treinen (trainen) van de vogel gaat beginnen, is het afdragen.  De  vogel wordt zeeg gemaakt. Zodat de vogel weer gewend raakt aan de mens, de handschoen en de loer en het huiven.

Huiven

De huif is een lerenkapje dat de valk belet te kunnen zien, hierdoor wordt de vogel rustig. De huif wordt over de kop van de vogel geschoven en met de vrijhand van de valkenier en zijn tanden worden de riempjes van de huif aangetrokken.

De vogel aan de huif leren wennen doe je als volgt. Zet de huif op de vogel, onthuif beloon, huif, onthuif, beloon etc

Beloon je vogel op de juiste manier

Wanneer je de vogel beloont ga je als volg te werk. Als je de valk een stukje duivenvleugel laat af eten, dan trek je die pas onder je vuist vandaan als de vogel zijn bek vol heeft en aan het slikken is.

Na ongeveer  5 dagen zit en eet de vogel op de handschoen . Daarna gaat de je met de vogel op de handschoen lopen eerst binnen daarna buiten.

Na het zeeg maken en afdragen neem je een periode van 2-3 weken om het gewicht geleidelijk te laten zakken en aan de conditie te werken

Hou een logboek bij van het gewicht van de vogel

Sommige mensen gaan zuiver op het weeggewicht van de vogel af. Zelf vind ik het beste om je vogel te wegen en te voelen bij het borst been.  Ervaren mensen voelen bij de vogel aan het borstbeen. Aan de scherpte van het borstbeen kan men voelen of de vogel te mager is of juist niet. Men bevoelt dan het spierweefsel naast het borstbeen, is deze spier dunner dan steekt het been verder uit, of voelt het juist een beetje rond. Men moet zich wel trainen om het borstbeen te voelen aangezien dit voor iedere vogel verschillend is qua dikte.

Na een paar weken begint de invliegtraining. Een stapje verder de valk moet naar de handschoen springen om het aas er af te eten, steeds gaat de valkenier een stukje verder van het hoogrek staan.

Ook op de loer word aas gebonden om de vogel ermee kennis te maken, laat de vogel op de loer stoten zodat de vogel weet dat die het daarvan af kan eten, en van de grond op zijn hand moet vliegen wanneer de valkenier fluit.

Oefen met de loer

Oefen zelf eerst goed met de loer, zet bijvoorbeeld, een kwart cirkel met lege coca cola blikjes en probeer die met de loer te raken. Als je je loer niet goed gebruikt kan je daarmee je vogel per ongeluk dood slaan.

https://www.youtube.com/watch?v=jXLLMn4Ekic
Falconry Basics | Introduction To Lure Flying Your Falcon, is een duidelijk youtube-filmpje over het loerdraaien

Loop alles na

Schoenen regelmatig controleren en invetten, pootjes, handen/voeten insmeren met tea tree crème of amandelolie. Lengte van de snavel contoleren, gaat het bekje goed dicht.

Wanneer de snavel te lang is moet er een stukje af,(of soms wanneer de overbek groeit over de onderbek, zodat de tong niet kan uitsteken.) Meestal doe je dit  met zijn tweeën, een heeft de vogel op de hand de ander pak de vogel van achter met een handdoek bij de vleugels en poten, wikkel de handdoek strak om de vogel. Een houd de vogel dus goed vast de ander kan met de Dremel of nagelknipper en werkt de snavel bijwerken. Aan het eind de vogel belonen met een kuiken.

Wees alert

Bij het schoonmaken let op de braakballen en de ontlasting. Ontlasting zegt veel over de toestand van de vogel. Ik ben een van de gelukkige die in het bezit is van een microscoop en zelf het mestonderzoek kan doen, maar laat het anders door de dierenarts onderzoeken op inwendige parasieten zoals protozoa als isospora coccidiosos, en wormen als  long en darmhaarworm (eitjes) , lintwormen (cestoden), en  rondwormen (Nematoden).